Volgens het advies van de advocaat-generaal aan het Europese Hof van Justitie is een verbod op onverdoofd slachten strijdig met de Europese regelgeving. Als het Hof zich in die zin uitspreekt zou de wet die in Vlaanderen geldt onwettig worden. Vlaams minister van dierenwelzijn Ben Weyts (N-VA) protesteerde: "Ik zou het aberrant vinden als die democratische beslissing via de rechtbank teniet wordt gedaan", klonk het. "We leven in een democratische rechtsstaat. En die woorden staan in de juiste volgorde: de democratie komt eerst." De uitspraken van de minister maakte hevige reacties los, ze zouden de rechtsstaat bedreigen.

Dit opiniestuk verscheen eerder op demorgen.be (+). Auteur: Mark Elchardus, socioloog aan de VUB.

Twee dingen worden hier door elkaar gehaald. Uiteraard dienen uitspraken van bevoegde rechtbanken gerespecteerd. Een heel andere vraag is of de scheiding van de machten noodzakelijk een hiërarchie van machten impliceert, waarbij de wil van het volk ondergeschikt wordt gemaakt aan de uitspraken van rechters die de wet interpreteren.

Van een samenleving, zoals die in de tweede helft van de 19de eeuw vorm kreeg, waarin de vertaling van het rechtvaardigheidsgevoel van de bevolking in wet op democratische wijze tot stand kwam, evolueerden we de voorbije halve eeuw naar een samenleving waarin dat grotendeels via juridische weg verloopt. Om die ontwikkeling aan te duiden wordt gesproken van een verschuiving van politieke naar juridische suprematie.

Laten we streven naar een systeem waarbij de juridische toetsing wordt uitgevoerd en beargumenteerd in een minderheids- en meerderheidsverslag, waarover het parlement dan debatteert, maar waaraan het zich niet noodzakelijk onderwerpt.

Rechtbank als wetgever

Juridische suprematie of juristocratie neemt in verschillende landen verschillende vormen aan. De gemeenschappelijke sokkel is een grondwet of een tekst met grondwettelijke status met daarin een opsomming van rechten. Daarnaast een rechtbank of een reeks rechtbanken die via interpretaties en precedentenwerking waken over het respect voor die rechten. Binnen dat algemene kader zijn er nog tal van variaties.

Uitermate belangrijk is het verschil tussen een advies en een oordeel over een wet of een beleidsdaad. Is de uitspraak van een rechtbank een advies over de grondwettelijkheid of wettelijkheid of kan de rechtbank wetgeving ongedaan maken en in dat geval in feite optreden als wetgever, zoals het Europese Hof van Justitie dat doet. In dat laatste geval wordt democratie geruild voor juristocratie. Om dat onderscheid te maken spreekt men doorgaans van zwakke versus sterke juridische toetsing.

In de discussie over onverdoofd slachten stellen velen het bestaan van de rechtsstaat gelijk aan sterke juridische toetsing. Het gaat nochtans om een recente ontwikkeling. In 1942 waren er welgeteld twee landen waar wetten ongedaan konden worden gemaakt op basis van een juridische toetsing, de VS en Noorwegen. In 1930 waren er, volgens hedendaagse normen, een 22-tal democratieën in de wereld. In slechts 8 daarvan bestond enige vorm van juridische toetsing, bijna steeds van de zwakke variant. In diezelfde 22 landen is er vandaag nog één zonder juridische toetsing, Nederland. In dat land gebeurt de grondwettelijke toetsing door de 1ste en 2de Kamer en de regering, hoewel - dit is het zogeheten democratische deficit - deze machteloos zijn als het om Europese regelgeving gaat.

Voor uitspraken over de geldigheid van wetten zou een procedure moeten worden ontwikkeld die het parlement weer het laatste woord geeft

Er is nog geen afdoend antwoord op de vraag waarom juristocratie zich op korte tijd zo snel heeft verspreid. Je kan steun voor sterke toetsing weliswaar verwachten bij politieke elites die schrik hebben van de kiezer, die hun invloed bedreigd zien door de opkomst van nieuwe politieke bewegingen. Juristocratie is een middel om het beleid aan de invloed van politieke nieuwkomers te onttrekken. Wie gelooft dat legitimiteit op volkssoevereiniteit steunt, zet zich in voor het primaat van de politiek. In landen met een minder sterke vorm van juridische toetsing zoals het Verenigd Koninkrijk, Nieuw-Zeeland, Nederland en Zweden worden rechten van minderheden en individuen niet minder goed verdedigd.

Er zijn verschillende rechtstradities die getuigen van een daadwerkelijke scheiding van de machten zonder sterke juridische toetsing. Ter correctie en interpretatie van de wet wordt daar meer vertrouwen gesteld in de basiselementen van de democratie, zoals het oordeel van verkiezingen, controle door de media, mondigheid van de oppositie en protest. Het gaat om vormen van juridische toetsing, waarbij de suprematie van de politiek wordt behouden en juristocratie vermeden.

Laten we streven naar een systeem waarbij de juridische toetsing wordt uitgevoerd en beargumenteerd in een minderheids- en meerderheidsverslag, waarover het parlement dan debatteert, maar waaraan het zich niet noodzakelijk onderwerpt. Voor uitspraken over de geldigheid van wetten zou een procedure moeten worden ontwikkeld die het parlement weer het laatste woord geeft.