Geen huwelijk, maar een transactie

 
De stap van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie kwam voor Gilles niet als een schok - de beslissing stond al even in de Europese sterren geschreven - maar het kwam toch binnen toen de breuk werd ingezet op 31 januari. “Het doet best pijn als je de beelden ziet in het nieuws, al die Britten die vol enthousiasme met hun vlaggen zitten te zwaaien. Vooral omdat ik het gevoel heb dat ze niet begrijpen wat de gevolgen zijn van zo’n beslissing. Vanuit mijn functie voelt het ook bevreemdend om het wantrouwen en de haat tegenover het Europees project te zien.” Als we hem vragen hoe het nu zo ver is kunnen komen, blijkt al snel dat het een complex plaatje is. “Voor het Verenigd Koninkrijk was de Europese Unie reeds bij het begin een puur transactioneel verhaal. Het ging vooral over het directe economische voordeel voor de Britse welvaart. Zij zijn ook nooit echt belegerd geweest tijdens de Tweede Wereldoorlog, waardoor het vredesargument minder overtuigingskracht heeft. En ja, Cameron heeft de bal misgeslagen door in zeven haasten een referendum in te roepen. Voor het referendum liet hij zich meermaals eurosceptisch uit voor electorale redenen, om dan vervolgens vol bravoure te pleiten voor de EU wanneer het begon door te dringen dat het debat alsmaar giftiger werd, met fake news en een weinig strijdlustig pro-Europakamp. Dan zit je natuurlijk in een zwakke positie om het tij te keren…”
 

28.000 jobs op het spel

 

Dat de Brexit zich op de een of andere manier zal laten voelen, staat buiten kijf. Als we Gilles mogen geloven zijn het vooral onze ondernemingen die verliezen bij een harde Brexit, al staat de consument niet buiten schot. “Bij een harde Brexit zouden er hier maar liefst 28.000 jobs verloren kunnen gaan. De chemisch-farmaceutische, automobiele en elektromechanische industrie zijn samen met enkele kleinere sectoren als voeding en textiel het sterkst afhankelijk van hun handelsrelaties met het Verenigd Koninkrijk, een minder toegankelijke Britse markt zou voor hen dan ook dramatische gevolgen hebben. Indien de douaneprocedures voor verse groenten bijvoorbeeld strenger en complexer worden, is de kans reëel dat deze rot zijn wanneer ze de winkelrekken bereiken.” Wat de consument betreft is de impact moeilijker in te schatten, al waarschuwt Gilles voor prijsstijgingen voor bepaalde goederen: “Waarschijnlijk zal een citytrip naar Londen voortaan iets meer planwerk vereisen, maar het grootste risico is dat consumenten de beperkingen op de Brits-Europese handel ook in hun portemonnee zullen voelen, aangezien wij nog steeds voor €15 miljard aan Britse goederen invoeren.”
 

Het afgelopen jaar werden reeds diverse maatregelen getroffen om de potentiĂ«le economische impact van de Brexit in te dijken - denk aan de wervingsprocedure voor extra douanepersoneel, de online Brexit Impact Scan, de roadshow van VOKA met voorbereidende seminaries,… - maar zonder een stevig vrijhandelsakkoord zouden deze steunmaatregelen druppels op een hete plaat kunnen worden. “Een breed vrijhandelsakkoord is prioritair voor VOKA. Het best mogelijke scenario zou zijn dat het Verenigd Koninkrijk lid wordt van de Europese Economische ruimte, maar dat lijkt onwaarschijnlijk gezien de tegenkanting van eerst May en nu Johnson.” Als alternatief kijkt Gilles naar een akkoord zonder invoerheffingen en quota’s, met de nodige waarborgen voor eerlijke concurrentie en uniformiteit qua regelgeving. “Mocht Johnson bijvoorbeeld bedrijven sterk willen subsidiĂ«ren of een versoepeling van procedures voor bepaalde Britse goederen invoeren, dreigt er oneerlijke concurrentie op te treden  voor onze Vlaamse bedrijven waar we ook voldoende oog moeten voor hebben.. EĂ©n iets staat vast: het zullen geen makkelijke onderhandelingen worden.”
 

Cold shoulder of blijven samenwerken?

 

Tot nog toe heeft Europa zich eerder hartelijk en hoffelijk opgesteld tegenover het Verenigd Koninkrijk, ondanks dat er ook stemmen oprijzen voor een minder cordiale aanpak. “Een slimme zet”, stelt Gilles. “Men durft al eens te vergeten dat een Europese Unie zonder Verenigd Koninkrijk ook voor ons een verlies is.” Hij roept dan ook samen met VOKA op om het debat constructief te voeren, zonder wrokgevoelens. Op Europees, maar evengoed op nationaal niveau, want Gilles ziet wel degelijk een rol weggelegd voor Vlaanderen en België in de verdere onderhandelingen. “We zijn nu eenmaal één van de landen die het dichtst betrokken is bij dit hele gebeuren, gezien onze geografische nabijheid. Natuurlijk zullen Duitsland en Frankrijk eerder de toon zetten, maar het spreekt boekdelen dat EU onderhandelingsschef Barnier na zijn bezoek aan Ierland eerst halt hield in de haven van Zeebrugge toen hij net aangesteld werd in 2017. Het is positief dat de belangen van de kleinere lidstaten in acht worden genomen en wij nemen de handschoen op om het Vlaamse bedrijfsperspectief prominent naar voren te schuiven tijdens de onderhandelingen.”
 

Institute for European Studies

 
Dat Gilles zich bij VOKA toelegt op internationale zaken en de implicaties daarvan op het bedrijfsleven is een mooi vervolg op zijn opleiding aan ons Institute for European Studies. Oorspronkelijk is hij vertaler-tolk van opleiding, maar zijn passie voor het Europees Project leidde ertoe dat hij in avondschool begon aan een bijkomende masteropleiding in Europese Integratie. Het was niet altijd even eenvoudig om werken en studeren te combineren, maar van spijt lijkt er achteraf geen sprake. “Op het moment zelf is het natuurlijk niet altijd even leuk om je kerstvakantie te spenderen met je neus in allerlei cursussen, maar ik vond Europese samenwerking onwijs boeiend en was dus meer dan bereid om dit erbij te nemen. Ik durf nu ook zeggen dat die opleiding me heeft klaargestoomd voor deze functie: we kregen niet alleen duiding bij de complexe werking van de EU, maar ook bij andere relevante thema’s als de interne markt en klimaatbeleid. Daardoor pik ik nu bepaalde nuances op tijdens meetings en het doornemen van beleidsteksten, waar ik vroeger aan voorbijgegaan zou zijn.” Een bijkomend pluspunt van de opleiding is het netwerk dat studenten opbouwen, aldus Gilles. “Er zijn heel wat professoren waar ik zo nu en dan contact mee opneem voor een second opinion. Professor Mattelaer en professor Kalimo mail ik bijvoorbeeld wanneer ik wat bijkomende expertise kan gebruiken voor positiebepalingen. Mijn medestudenten zal ik minder snel raadplegen voor dergelijke zaken, maar doordat ik in aanraking kwam met studenten uit diverse Europese landen heb ik een beter begrip van hoe de Europese Unie werkt en hoe dit project ervaren wordt in verschillende regio’s.”
 
Als afsluiter vroegen we Gilles wat hij de VUB toewenst voor haar 50-jarig bestaan en het hoeft niet te verbazen dat zijn verjaardagswens doordrenkt is van internationaal sentiment: “Ik hoop dat de VUB blijft inzetten op het internationale, op Brussel als hoofdstad van Europa. Ik weet dat men hier nu reeds volop mee bezig is, maar ik denk dat we hierin nog een stap verder kunnen gaan. Natuurlijk hoop ik ook dat het Institute for European Studies verder versterkt wordt in de komende 50 jaar. Expertise met betrekking tot Europese instellingen zal alleen maar belangrijker worden en ik geloof oprecht dat hierin een rol is weggelegd voor het IES.”

Wie is Gilles?

  • Gilles Suply
  • Master of European Integration sinds 2019
  • Adviseur in EU en internationale zaken bij VOKA
  • West-Vlaamse Brusselaar